CD&V stemde in de senaat tegen de verkeersveiligheidswet van minister Durant. Waarom?

Verkeersveiligheid kan enkel kan bereikt worden door een daadwerkelijke handhaving van de verkeersregels. Nederland heeft zo’n succesvol handhavingsmodel. De boetes bedragen er de helft van de onze, de pakkans is er een veelvoud.

In september 2002 heeft Jos Ansoms uitdrukkelijk in de media gesteld dat er goede elementen zaten in het wetsontwerp over verkeersveiligheid van minister Durant. Een aantal elementen waren overgenomen uit de voorstellen die Jos Ansoms al langer had ingediend. De amendementen van de CD&V kamerfractie om de wet te verbeteren werden echter zonder debat door de meerderheid weggestemd. In de senaat werden zelfs louter legistieke verbeteringen (die dus niet over de inhoud maar over de kwaliteit van de wetgeving gaan) hooghartig weggestemd. Dat is de reden waarom CD&V zich in de kamer onthield tijdens de stemming, en in de senaat tegenstemde.

Wat zijn de tekortkomingen in de nieuwe wetgeving? De nieuwe wet heeft het overheidsapparaat dat verantwoordelijk is voor de handhaving (politie, justitie) niet verbeterd in functie van een hogere pakkans. Er zullen dus maar een beperkt aantal PV’s kunnen behandeld worden. Dit had verholpen kunnen worden indien de meerderheid het amendement van Jos Ansoms over de administratieve afhandeling van PV’s niet had weggestemd. De hogere verkeersboetes kunnen dan ook enkel dienen om de staatskas te vullen, niet om de verkeersveiligheid te verbeteren.

Voor CD&V kan de herindeling van overtredingen gedeeltelijk een verlaging en gedeeltelijk een verhoging van de boetes (voor zeer zware overtredingen) betekenen.

CD&V koppelt de verlaging van boetes (ten opzicht van de bedragen in de nieuwe wetgeving) aan de oprichting van een gespecialiseerde federale verkeerspolitie en de daadwerkelijke administratieve afhandeling van de meeste verkeers-PV’s.

Uit: Frans Van Looveren, Verkeersveiligheid is geen groene ideologie, De Morgen 10-03-2003