Actuele vraag van mevrouw Wivina Demeester-De Meyer tot mevrouw Mieke Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking, over de achterstallige subsidies van de Nationale Loterij voor de welzijnssector

De voorzitter: 

Aan de orde is de actuele vraag van mevrouw Demeester-De Meyer tot mevrouw Vogels, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking, over de achterstallige subsidies van de Nationale Loterij voor de welzijnssector.

Mevrouw Wivina Demeester-De Meyer: 

Het is algemeen bekend dat vele instellingen uit de culturele en welzijnssector met financiële problemen kampen. Ik kan het weten aangezien ik zelf afgevaardigd bestuurder ben van een gehandicapteninstelling.

De Nationale Loterij beloofde al deze instellingen bijkomende investerings- en functioneringssubsidies voor de periode 1999-2001. Tot nu toe werd er nog enkele van al deze toezeggingen daadwerkelijk gerealiseerd.

Normaalgezien wordt bij een investering van 170 miljoen frank, 90 miljoen frank toegestopt door de Vlaamse regering; 10 procent van het totale bedrag komt van de provincie en nog eens 20 procent van de Nationale Loterij. Het resterende bedrag moet door de instelling zelf opgehoest worden.

Het feit dat de Nationale Loterij haar engagementen niet waar maakt, is een zware opdoffer voor vele instellingen. In antwoord op al mijn brieven beloofde minister Daems me dat alles in orde zou komen. Intussen is er echter nog steeds niets in orde en blijven de instellingen wachten op de beloofde centen. Indien de instellingen verder willen functioneren en investeren moeten zij kunnen rekenen op de beloofde sommen.

Ik wil minister Vogels toch wijzen op het feit dat zij de instellingen alvast kan helpen door het Vlaamse Fonds voor Lastendelging en door de middelen van het FFEU aan te spreken. De instellingen en duizenden gehandicapten zullen er haar dankbaar om zijn. Het water staat hen immers tot aan de lippen.

Minister Mieke Vogels: 

Deze sector ligt mij nauw aan het hart. Uit het meest recente rapport bleek dat de Nationale Loterij 13.2 miljoen euro veil had voor de gehandicaptensector. Het ging hierbij vooral om werkingsmiddelen.

Beloften en engagementen moeten steeds hard gemaakt worden. Zeker als het om de gehandicaptensector gaat, is dit van primordiaal belang. Vandaar dat ik ook al in september 2002 de nodige contacten gelegd heb met minister Daems.

Op 13 december 2002 werd er een akkoord gesloten met de Nationale Loterij. Dit akkoord stipuleerde dat de Nationale Loterij een lening van 20 miljoen euro zou aangaan. De ene helft van dit bedrag zou betaald worden door de Nationale Loterij zelf. De andere helft zou betaald worden door de Vlaamse regering. De Vlaamse regering bekende met dit akkoord geen schuld maar wou enkel duidelijk maken dat ook zij een oplossing wenste voor dit vervelende probleem.

Minister Daems verzekerde me intussen dat de nieuwe raad van bestuur van de Nationale Loterij dit akkoord zeker zou aanvaarden.

Intussen is het echter wel duidelijk dat een goed beheerder geen toezeggingen mag doen zonder dat hij zekerheid heeft over de beschikbaarheid van middelen.

Mevrouw Wivina Demeester-De Meyer: 

Mag ik de minister toch vragen dat, indien er geen oplossing komt voor de financiële problemen van de sector, de Vlaamse regering de middelen van Vlaams Fonds voor Lastendelging zou aanspreken. Deze middelen kunnen immers binnen de week aangewend worden. Het zou alvast een opsteker zijn voor vele instellingen. De instelling waar ik afgevaardigd bestuurder voor ben, heeft op korte termijn 150.000 euro nodig om verder te kunnen functioneren.

Minister Mieke Vogels: 

Ik neem akte van de suggestie van mevrouw Vogels. De beste oplossing is echter nog steeds een oplossing die gebaseerd is op een dubbele verantwoordelijkheid.

De voorzitter: 

Het incident is gesloten.