vlaams parlement
/// dienst schriftelijke
vragen
jaak gabriels
vlaams minister van economie,
buitenlandse handel en huisvesting
Vraag nr. 71
van 14 maart 2002
van mevrouw wivina
demeester-de meyer
Sociale
huisvesting -
Herschikking inkomenscoëfficiënten
In 2001 werd het systeem van de inkomenscoëfficiënten
zoals gehanteerd door de huisvestingsmaatschappijen, grondig herschikt. De
toenmalig bevoegde minister beloofde het systeem te evalueren en eventueel bij
te sturen na een jaar.
De huisvestingsmaatschappijen kunnen een
tegemoetkoming geven aan de huurders. Sommige huisvestingsmaatschappijen
verlenen die tegemoetkoming aan de armste huurders, die veelal benadeeld worden
door de herschikking van de inkomenscoëfficiënten. De
huisvestingsmaatschappijen kunnen deze tegemoetkoming echter enkel verlenen bij
een positieve resultatenrekening in het voorgaande jaar.
Hierdoor dreigt de huur voor de armste huurders
onbetaalbaar te worden.
1.
Is de evaluatie van de herschikking van de inkomenscoëfficiënten reeds
gestart ?
2.
Wanneer worden de resultaten van deze evaluatie verwacht ?
3.
Onderkent de minister dat de herschikking van de inkomenscoëfficiënten
in het nadeel is van de armste huurders ?
4.
Welke initiatieven worden vooropgesteld om de huur voor de armste
bewoners van de socialewoningmaatschappijen betaalbaar te houden ?
De Vlaamse minister van Economie, Buitenlandse Handel en Huisvesting
Antwoord op vraag nr. 71, van 14 maart 2002, van mevrouw Wivina
Demeester – De Meyer, Vlaams Parlementslid.
-------------------------------------------------------------
In mijn beleidsbrief heb ik reeds aangekondigd dat ik een uniform
sociaal huurstelsel voor alle verhuurders van sociale huurwoningen wens uit te
werken. Het huidige sociaal huurbesluit van 20 oktober 2000 is immers
uitsluitend van toepassing op de verhuring van sociale huurwoningen door de
sociale huisvestingsmaatschappijen. Titel VII van de Vlaamse wooncode voorziet
echter in een uniform sociaal huurstelsel.
De problematiek van de inkomenscoëfficiënten zal naar aanleiding
van de uitwerking van het uniform sociaal huurbesluit herbekeken worden. Er zal
hierbij zowel aandacht worden geschonken aan de betaalbaarheid van de
huurprijzen voor de armste huurders als aan de financiële leefbaarheid van de
huurprijsberekening voor de sociale huisvestingsmaatschappijen met een groot
aantal huurders met een laag inkomen. Het Vlaams Parlement heeft 30 januari 2002
een met redenen omklede motie aangenomen waarin het aan de Vlaamse regering
vraagt om in structurele oplossingen te voorzien voor de financiële situatie
van de sociale huisvestingsmaatschappijen met een laag IC. Ik zal met deze motie
dan ook rekening houden bij het uitwerken van een uniform sociaal huurstelsel.
Jaak GABRIELS