Ieder kind is evenveel waard

 

Het rapport ‘Inkomsten en uitgaven van scholen in Vlaanderen, Kwantificering van de objectiveerbare verschillen’ bracht aan het licht wat iedereen eigenlijk allang wist. Dat de verschillen in middelen tussen het gesubsidieerde en gefinancierde onderwijsnetten bijzonder groot zijn, en niet vol te houden.

  Deze verschillen vinden hun oorsprong in het schoolpact, dat ontstaan is, en zin had, in zijn eigen historische context. Het is nu tijd om de geschiedenis achter ons te laten en te kijken naar de toekomst. In die toekomst is het niet belangrijk welk net  wat krijgt, wel dat elk kind het onderwijs en de kansen krijgt waar het recht op heeft.

Als bepaalde scholen zowat de helft minder middelen krijgen dan anderen, dan is het duidelijk dat ze met moeite blijvend kwaliteitsvol onderwijs kunnen geven. Niet een onderwijsnet zal dan in de eerste plaats slachtoffer zijn, wel de kinderen. Het tekort aan administratieve krachten en middenkader in het vrij onderwijs is daar tekenend voor.

  De minister van onderwijs zei na het verschijnen van de studie dat op termijn de middelen die een school krijgt meer afhankelijk kunnen gemaakt worden van de werkelijke noden. Dat lijkt mij een goede intentie. In de meeste stadscentra zijn het  bvb. reeds lang de scholen van het vrije net die de meeste allochtone kinderen in de klas hebben, die dikwijls specifieke onderwijszorgen nodig hebben. Zij verdienen een betere finaciering.

  Maar de regering moet dit probleem niet vooruitschuiven. Ze moet reeds vandaag laten zien dat zij voor elk kind evenveel middelen overheeft, en de scholen van alle netten op dezelfde wijze behandelen in de financiering.  Maar heeft ze daar voor nog wel geld?